Amsterdam, 17 juli 2022– Het drama en de tragedie die zich in Oekraïne voortzet, heeft ons bijna allemaal geschokt en bedroefd.
Wat ook duidelijk is geworden, is dat het lijden zal worden vergroot naarmate de gevolgen voelbaar worden in het wereldwijde voedselsysteem.
Simpel gezegd: de oorlog heeft het wereldwijde voedselsysteem – dat al onder druk staat als gevolg van COVID en klimaatverandering – van zijn as geslagen. We lopen het risico deze humanitaire ramp te veranderen in een enorme wereldwijde voedselcrisis, tenzij we dringend samenwerken aan tastbare stappen om de impact direct aan te pakken.
Volgens de Global Crisis Response Group van de VN kunnen voedseltekorten, stijgingen van de brandstofprijzen en de schuldenlast als gevolg van de oorlog in Oekraïne 1,7 miljard mensen in 107 economieën ernstig treffen. We moeten ons mondiale voedselsysteem snel, bewust en duurzaam stabiliseren. Landen over de hele wereld, verzwakt door de pandemie, hebben duidelijke partnerschappen nodig tussen de mondiale landbouwspelers, de opkomende innovators, regeringen en NGO’s. Meer dan ooit kan dit niet de onderneming zijn van één organisatie alleen.
We moeten allemaal een rol spelen, en als wereldleider in de landbouw heeft Bayer de verantwoordelijkheid om op te treden. Terwijl de impact op de voedselvoorziening uit Oekraïne rimpelt, activeren we onze middelen en ons netwerk om drie belangrijke prioriteitsgebieden aan te pakken: ondersteuning van Oekraïense boeren, stabilisatie van de voorziening in het Midden-Oosten en Oost-Afrika en zorgen voor klimaatadaptatie op lange termijn.
De oorlog trof het landbouwsysteem van Oekraïne tijdens het groeiseizoen in de lente. Oekraïense boeren hebben de klok rond gewerkt om hun gewassen in het conflictgebied te behouden, maar naar verwachting zullen ze dit jaar minder dan de helft van de gebruikelijke 80 miljoen ton graan oogsten. We hebben 40.000 zakken zaad gedoneerd om voedsel te verbouwen op bijna 30.000 hectare.
De zaden zullen 1.250 kleine boeren in Oekraïne ondersteunen die moeilijk toegang hebben tot input voor het groeiseizoen van 2022.
Rodrigo Santos, Board member
Helaas zal dit een druppel op een gloeiende plaat zijn als de vrije stroom van voedsel, brandstof en kunstmest uit de regio wordt belemmerd. In delen van het Midden-Oosten en Oost-Afrika die voor graan afhankelijk zijn van Oekraïne en Rusland, hebben voedselvoorzieningsketens al direct verstoord.
De VN heeft gemeld dat de voedselprijzen in het jaar tot maart met 34 procent zijn gestegen, terwijl de graanprijzen met 37 procent zijn gestegen.
Deze effecten, die acuut worden gevoeld door de meest kwetsbare landen en gemeenschappen, zullen niet worden opgelost met meer barrières of exportbeperkingen. Voedsel protectionisme zou in onze huidige wereld eigenlijk geen rol moeten spelen. We blijven aandringen op veilige import corridors en op meer humanitaire hulp. Landen moeten hun graanvoorraden op de markt brengen en de hongerbestrijdingsinspanningen van het VN Wereldvoedselprogramma steunen.
Boeren in veel delen van Afrika, het Midden-Oosten en Azië hebben moeite om hun oogst op peil te houden. Spiraalvormige kosten, tekorten aan kunstmest en zwaar weer werken samen om de winsten uit te hollen en de mogelijkheden om de productie te verhogen te verminderen. Bayer is halverwege het doel dat het zichzelf in 2019 heeft gesteld om de productiviteit van 100 miljoen kleine boeren tegen 2030 te ondersteunen met training, begeleiding en toegang tot innovatieve hulpmiddelen voor zaad- en gewasbescherming. En als industrie moeten we gerichte middelen injecteren bij kleine boeren, om de vitale rol die ze spelen te ondersteunen en de voedselvolatiliteit te temperen.
Daarom hebben we een toezegging van 160 miljoen USD gedaan aan de Zero Hunger Private Sector Pledge die is gericht op het beëindigen van honger. De inzet van Bayer zal gaan naar gemeenschappen in Azië, Afrika en Latijns-Amerika. Ten slotte moeten we plannen en handelen om klimaatbestendigheid in de wereldwijde landbouw te waarborgen. Boeren moeten meer voedsel verbouwen met minder middelen. Dit is geen gemakkelijke prestatie; het vereist innovatieve sprongen in plantenwetenschap, digitale technologie en gewasbescherming.
Bedrijven zoals het onze investeren al in deze meer hulpbronnenefficiënte, koolstofslimme landbouwoplossingen, alleen en in toenemende mate samen met anderen.
Maïs van korte gestalte is bijvoorbeeld veel beter bestand tegen extreme weersomstandigheden als gevolg van klimaatverandering en kan helpen om de voedselvoorziening van miljoenen mensen veilig te stellen. We hebben ook een prioritaire focus op meststoffen nodig, de ontwikkeling van biologische alternatieven voor kunstmest. Kunstmest is niet alleen verantwoordelijk voor vier procent van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen, maar de aanvoer ervan is sterk afhankelijk van Rusland. We versnellen ons werk en onze samenwerkingen op dit gebied. Maar als we kijken naar het potentieel van toenemende samenwerking met innovatieve biotech-pioniers, moeten we ervoor zorgen dat we de positieve milieuvoordelen van deze innovaties communiceren, in samenwerking met openbare instellingen en NGO’s.
Ertharin Cousin, CEO Food Systems for the World
Als bedrijfsleiders moeten we deze uitdagingen aangaan. We moeten samenwerken, snel werken en onze focus op de lange termijn doelstelling van een veilige, duurzame voedselvoorziening vernieuwen.
Voedsel moet bovenaan de mondiale beleidsagenda komen te staan.
Dit is een crisis die niet alleen kan – en mag – worden aangepakt.
